Bijkomende namen | Naam |
---|---|
Naamsvariatie | Mestrum, Mesterum, Mestrom, Maisthom, Maystomme, Maysthomme, Mesthom |
Partners | Geboortedatum | Kinderen |
---|---|---|
Catharina Nijsten | Franciscus Mestrum |
Soort gebeurtenis | Datum | Plaats | Omschrijving |
---|---|---|---|
Geboorte | 1610 | Maasbracht, Gemeente Maasgouw, Limburg, Nederland | |
Beroep | 40 jaar koster in Maasbracht | ||
Huwelijk | Maasbracht, Gemeente Maasgouw, Limburg, Nederland | ||
Overlijden | 22-03-1682 | Maasbracht, Gemeente Maasgouw, Limburg, Nederland |
Joannes Mestrum (Mestrom) is aan de voet van de kerktoren van de kerk van Maasbracht begraven samen met zijn vrouw. Alleen vooraanstaande personen werdein in de kerk begraven en dus zal hij wel een bekend persoon zijn geweest in zijn gemeenschap. De achternaam van de vrouw van Joannes Mestrum (Mestrom) is waarschijnlijk Nijsten geweest. Een akte daarvan is niet te vinden. Echter in een koopakte van notaris Eijll uit Echt noemt de namen Jan Mesthom en Catharina Nijsten en hij noemt ze ehluijden (echtpaar of echtlieden). De (ver)koop ging over een boerderij van vader Jan Mestrom en zijn zoon Jan Mestrom. Een vertaling van de koopakte (zie het origineel en de vertaling ook in de media en bronnen): "Heden de laaste Mei 1662 is verschenen Hein Baeten en zijn vrouw Jenne Philps die hebben toegestemd met de verkoop van de hofstede (boerderij) gelegen te Cruchten onder Maasbracht. Zijn zoon ook Jan Mestrum genoemd was vergezeld van zijn huisvrouw Derijkxken Sijmons. De hofstede en de schuur grenzen aan een zijde aan Nencken Gerardts en aan de andere aan Theunis....(sic). Aan de voorzijde grenst de voortuin aan de openbare weg, Jaarlijks moet Jan Mestrum aan de kerk van Maasbracht 15 stuivers betalen. (Een soort kerkbelasting). Dan heeft de heer Junius een stuk land overgedragen (verkocht) gelegen in het Cruchterveld, aan Jan Mesthom (!) en zijn vrouw Catharina Nijsten. Het perceel is 181 roeden groot. Peter Basels en de ergenamen van Ghile Brentjes grenzen aan weerszijde van het perceel. Aan de voorkant grenst het aan de gemeenschappeljke heide." Uit het boederboekje van de landmeter uit 1680 blijkt dat Jan sr 1/4 van het stuk met huis en erf in eigendom had in Cruchten en 3/4 een akker voor Jan jr. Uit enkele fragmentarische doopinschrijvingen in het kerkregister van Maasbracht blijkt dat hij een zoon Jacobus had en een zoon Petrus. Dat ook Johannes een zoon van hem was blijkt uit het schepenbankregister van Echt (waar Maasbracht onder ressorteerde)waar we vinden dat op 3-5-1766 Claes Moers en echtgenote Griet Baete een stuk land groot 4 morgen te Maasbracht gelegen, overdragen aan Jacob, Johannes en Petrus Mestrom, gebroederen. In de media en de bronnen de originele tekst van het verslag op 7-10-1666 van de visitatie van het Bisdom Roermond aan de kerk in Bracht (Maasbracht) en een uitgewerkte en vertaalde versie. In het verslag is te lezen dat Joannes Mestrom koster is. Ook een verslag van 4-1-1669 is toegevoegd. Opmerkelijk daaraan is dat de naam Cornelis Mestrum als koster doorgehaald is en veranderd in Joannes. Volgens de collectie Handschriften 18A cat. nr. 431 Deel II pag 477 zou er onder pastoor Philippus vd Straten in 1671 ook een koster zijn geweest die Cornelis Mestrum heette. Op de website van Piet van Liempt die onderzoek doet naar zijn eigen familigeschiedenis vonden we in de bronbewerkingen van families ook Maasbracht: "Gezinsreconstructies op basis van RK dopen, trouwen en begraven 1682-1781" In de oudste aantekeningen vanhet doopboek van Maasbracht vonden we de naam Joannes Mestrom terug op 23 september 1643 als peter van ene Matthijs van Lin. De aantekeningen zijn slecht leesbaar maar de naam van Joannes Mestrom is duidelijk genoeg aangegeven. Ook vinden we aantekeningen terug van 24 augustus 1646 waar Jacobus Leurs gedoopt, waarbij Joannis Mestrum peter is. In de aantekeningen en onderzoek van Jos Mestrom uit St. Odiliënberg lezen we: "Uit diverse stukken uit de schepenbank te Echt en de gemeenteverslagen van Maasbracht blijkt dat hij gedurende een aantal jaren (1642, 1647, 1651 en 1659) naast koster ook schatheffer was, een soort belastingontvanger van de gemeente. De schatheffer werd telkens voor een jaar benoemd. Hij was een gezien persoon in de dorpsgemeenschap. Uit de collectie handschriften van Kroonenburg blijkt dat hij in 1657 deze functie ook in Linne vervulde. Opmerkelijk is dat in 1634 te Montfort bij een doop en een huwelijk ook een Joannes Mestrom optreedt als getuige in de functie van koster. Daar in Montfort verder geen Mestroms voorkomen in die periode en hij ook slechts tweemaal optreedt mogen we aannemen dat het "onze" Joannes uit Maasbracht was. Dat hij een invloedrijk persoon was en zeker niet onbemiddeld blijkt uit diverse berichten van aan- en verkoop van grond in de registers van de schepenbank van Echt, omdat Maasbracht i.t.t. Linne geen eigen schepenbank (een soort plaatselijke rechtbank) had. In 1652 laat hij diverse keren beslag leggen op goederen van personen die in gebreke zijn gebleven met betalen. Op 24-1-1653 koopt hij met zijn echtgenote Catharina Nijsten samen met Willem Nelissen van Peter (Ver)coulen een morgen land (ong. 1/3 ha) in het Krugterveld te Maasbracht en op 14-2-1664, ruim elf jaar later dus laat hij beslag leggen op de “gerede en ongerede” goederen van de weduwe van Peter Vercoulen genaamd Stienken Cols omdat voornoemde Peter Vercoulen in gebreke is gebleven een stuk akkerland af te staan dat hij tijdens zijn leven verkocht heeft aan J. Mestrom en W. Nelissen. Dit arrest tot beslaglegging wordt herhaald op 28-2 en 13-3 voor de schepenbank Echt (telkens met tussenpoze van 2 weken, omdat de schepenbank elke twee weken een zittingsdatum had). Ook toen al vond er belangenverstrengeling plaats als schatheffer Mestrom beslag laat leggen omdat een hem toekomend stuk grond niet overgedragen is. Op “den lesten mei 1662” zo luidt het volgende bericht, is gecommen Hein Baeten met wil ende consent (toestemming) van Jenna Philips sijne huysvrouwe ende heeft verkocht aan Meester (zou hij naast koster ook schoolmeester zijn geweest, een veel voorkomende combinatie in die tijd?) Jan Mestrom in name en tot behoeve van sijnen sohn oock Jan Mestrom genoempt en Derijkxken Symons zijne huysvrouwe in ene hoffstadt ende schuyre wie dieselve tot Krugten onder Maesbracht gelegen neffens Hencken Gerards etc. etc. Hieruit blijkt dat Jan Mestrom senior een huis met schuur koopt voor zijn zoon ook Jan Mestrom en zijn echtgenote Derijkxken Symons, waarschijnlijk begraven als Theodora Wefers, dochter van Simon Wefers. Op 6- 8-1663 verkoopt Hr. Junius aan Jan Mestrom koster te Maasbracht en zijn vrouw Catharina Nijsten een stuk grond in het Crugterveld groot omtrent 181 roeden voor zijn zoon Jan Mestrom en vrouw Derckxken Wevers. Op 22-3-1668 wordt aan Jan Mestrom en echtgenote door de schout (burgemeester) ½ morgen land toegewezen in het Krugter veld. Het gaat hier waarschijnlijk om de helft van de morgen land waarvan sprake is op 24-1-1653 en 14-2-1664." Opvallend de verschillende schrijfwijzes van de achternaam: Mestrum (schatheffer 1643 en 1648), als schatheffer heet hij in 1651 Maystomme, in 1659 Maysthomme en Mesthom (1662 koopakte stuk land in Cruchten Maasbracht), Maisthom (1664 beslaglegging) volgens de archieven van Regional Historisch Centrum Limburg (RHCL). Verder is Petrus Mestrom, een zoon van Joannes Mestrum (de koster), getuige bij de geboorte van Petrus Aben, zoon van Maria Mestrom (dochter van Franciscus Mestrom, stamvader van de stam Linne) en Corst Aben, waardoor nog duidelijker wordt dat Franciscus en Joannes waarschijnlijk broers waren en we de stammen Maasbracht en Linne aan elkaar kunnen koppelen. En op 31-3-1680 is Franciscus Mestrum (stam Linne) waarschijnlijk getuige bij de doop van Joannes Mestrum in Maasbracht, zoon van Franciscus Mestrum en dus kleinzoon van Joannes Mestrum, de koster van Maasbracht. (bron 075.02 RK Parochie Gertrudis te Maasbracht, dopen, trouwen en overlijden 1782 - 1797). Joannes Mestrum werd waarschijnlijk ook Alde Jan genoemd. Zijn zoon Johannes komt voor als Jonge Jan. In het boenderboek De Generale Metinge van Maasbracht den 3 october 1680 (zie bronnen en media) komen we Alde Jan en Jonge Jan tegen maar ook een Jan Mestrum zonder voorvoegsel. We gaan er even vanuit dat dat ook Alde Jan is. In de media en de bronnen vinden we pagina's uit het boenderboek van 1680. Daarin zijn de volgende pagina's relevant voor Joannes Mestrum (Alde/Oude Jan): 4, 5, 6, 10 (huis en hof met zoon jonge Jan), 11 (huis), 13, 15 en 16. Nader onderzoek moet uitwijzen of er in 1680 en eerder 3 "Jannen" woonden. Dit ivm het voorkomen in het Boenderboek van 1680 van de namen Jonge Jan, Alde Jan en Jan Mestrum en het feit dat er 3 huizen gekocht zijn, nl. in 1662 door Jan voor zijn zoon Jan, in 1677 door jonge Jan en in 1680 staat in het boenderboek ook nog een huis van Jan Mestrum aan de hoofdstraat van Maasbracht tegenover de kerk (kosterij?) |